Postpartum depressie

De ’postpartum depressie’ begint steeds bekender te worden. Dit komt vooral omdat er steeds meer aandacht aan wordt besteed in tijdschriften, boeken en op de televisie. Vaak wordt het ook ’postnatale depressie’ genoemd, maar dat is eigenlijk geen goede naam, want ‘postnataal’ betekent ’na de geboorte’ en dat zou strikt gezien dus betekenen dat het kindje depressief is! Eigenlijk is het beter om het te hebben over de ’postpartum depressie’, want ’postpartum’ betekent namelijk ’na de bevalling’.
 

Vóórkomen

Ongeveer 10 tot 20% van de vrouwen heeft depressieve klachten tijdens de zwangerschap of in de eerste 3 maanden na de bevalling. De kans om voor het eerst of opnieuw depressief te worden is wel het grootst in het kraambed. Ook vrouwen die een miskraam of abortus hebben gehad kunnen daarna depressief worden.
Wat weinig mensen weten is dat er net zoveel vrouwen depressief zijn tijdens de zwangerschap als na de bevalling. Depressief zijn tijdens de zwangerschap vergroot de kans op het krijgen van een depressie na de bevalling. Het zou daarom beter zijn net zoveel aandacht te besteden aan depressieve klachten tijdens de zwangerschap als na de bevalling.

Verschijnselen
De klachten en verschijnselen van een depressie tijdens de zwangerschap en na de bevalling verschillen niet veel van een ’gewone’ depressie.

Een aantal kenmerken van een depressie tijdens de zwangerschap of in het kraambed zijn:

  • Duidelijk minder plezier in dingen die eerst wel leuk waren (bijvoorbeeld niet meer kunnen uitkijken naar het krijgen van een kind of niet kunnen genieten van de baby als die er is)
  • Zich voortdurend verdrietig of leeg voelen zonder daarin getroost te kunnen worden (geen band voelen met de baby hoort hier ook bij)
  • Piekeren en malen (ook over de gevoelens voor de baby)
  • Geen trek hebben in eten zonder misselijk te zijn
  • Slecht slapen (ook als de baby op dat moment zelf goed slaapt) of juist heel veel slapen
  • Een gevoel van rusteloosheid of vertraagdheid
  • Gevoelens van waardeloosheid en buitensporige schuldgevoelens zonder daarin gerust gesteld te kunnen worden (een veel voorkomend voorbeeld hierbij is het gevoel geen goede moeder te zijn terwijl anderen zeggen dat het wel zo is)
  • Een verminderde concentratie, waardoor het bijvoorbeeld niet lukt om een boek te lezen of een film te volgen
  • Angstig of gespannen zijn zonder duidelijke reden
  • Onredelijk reageren, prikkelbaar zijn (bijvoorbeeld er helemaal niet tegen kunnen als de baby huilt)
  • Terugkerende gedachten aan de dood of denken aan zelfmoord (ook het iets aan willen doen van de baby hoort hierbij)

Depressieve klachten worden tijdens de zwangerschap en na de bevalling vaak niet herkend. Dit geldt zowel voor de vrouwen zelf als voor de omgeving. Voor een groot deel komt dit doordat de klachten kunnen lijken op de verschijnselen van de zwangerschap en de drukke periode na de bevalling. Denk hierbij bijvoorbeeld aan moeheid, verminderde eetlust, slechter slapen en concentratieproblemen. Toch zijn er wel verschillen. Deze hebben vooral te maken met de negatieve inkleuring van de klachten. Vrouwen weten wel dat ze eigenlijk blij moeten zijn met hun kind, maar ze voelen het niet, het ’moedergevoel’ ontbreekt. Veel (aanstaande) depressieve moeders voelen zich ook schuldig tegenover hun kind of partner. Ze twijfelen of zij wel een goede moeder (zullen) zijn. Soms is er een verminderd of afwezig gevoel voor het kindje, of zijn er juist heel heftige gevoelens van afkeer of haat. Tijdens een depressie hebben vrouwen ook vaak het idee dat ze nooit meer beter zullen worden en dat het leven niet meer de moeite waard is. Sommige vrouwen voelen zich zo wanhopig, dat ze dreigen hun kind of zichzelf iets aan te zullen doen.
Een extra moeilijkheid die vrouwen met depressieve klachten vaak ervaren is dat de buitenwereld meestal erg positief reageert op de zwangerschap en het krijgen van een kind. Dit kan er toe leiden dat het voor de (aanstaande) moeder extra moeilijk is om te bespreken dat zij niet (alleen maar) blij is met haar zwangerschap of haar kindje. Als ook de omgeving niet helpt deze moeilijke gevoelens bespreekbaar te maken, kunnen zij zich steeds eenzamer gaan voelen. Eenzaamheid versterkt op zichzelf weer de depressieve klachten, waardoor vrouwen in een negatieve spiraal kunnen raken. Het is dan ook belangrijk om op tijd professionele hulp te vragen als een vrouw erg somber is en zich gaat terugtrekken.

Hier kun je de zelftest doen om te checken of je in aanmerking komt voor professionele hulp:  EPDS zelftest.

Oorzaak

Bij het ontstaan van depressieve klachten tijdens en na de zwangerschap is er meestal sprake van een combinatie van lichamelijke, psychische en sociale factoren. Daarom is het bij depressieve klachten belangrijk om de mogelijke oorzaken goed in kaart te brengen.

Sommige vrouwen hebben een grotere kans om een depressie te krijgen. Een aantal bekende risicofactoren zijn:

  • Depressieve klachten in het verleden
  • Angstklachten (in het verleden)
  • Stressvolle gebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld een echtscheiding of een sterfgeval in de familie
  • Complicaties (= medische problemen) tijdens de zwangerschap en/of bevalling
  • Gebrek aan steun uit de omgeving
  • Relatieproblemen
  • Lage sociaal economische status (= lagere opleiding, lager inkomen, lagere positie op de arbeidsmarkt, slechtere huisvesting)
  • Immigratie, vooral naarmate het minder lang geleden is
  • Het niet (kunnen) geven van borstvoeding
  • Tienerzwangerschap

Behandeling
De behandeling van een depressie tijdens de zwangerschap of na de bevalling verschilt niet veel van de behandeling van een ’gewone’ depressie.
De eerste stap is meestal uitleg over wat een depressie is, wat de mogelijke oorzaken zijn en wat de mogelijkheden voor behandeling zijn. Dit wordt ook wel psycho-educatie genoemd. Na de uitleg over wat een depressie is, zal met elke vrouw, en liefst ook met haar partner, afgewogen moeten worden wat de beste behandeling is.
Er zal altijd eerst worden gekeken of het mogelijk is om de zwangere of pas bevallen vrouw met een depressie zonder medicijnen te behandelen. Meestal wordt dan een vorm van psychotherapie geadviseerd. De werkzaamheid van cognitieve gedragstherapie (CGT) en interpersoonlijke psychotherapie (IPT) is het meest bewezen. Via andere websites is hierover meer informatie te krijgen. In sommige gevallen is het toch beter om (ook) met medicijnen te beginnen, zelfs als de vrouw zwanger is of borstvoeding wil geven.

Deze informatie is afkomstig van de website van het Landelijk Kenniscentrum Psychiatrie en Zwangerschap.